Van de week las ik over een juf die het lezen in haar klas heeft verbeterd. Wat had ze gedaan: alle “matige” boeken uit de kast en volwaardige boeken erin. Kinderen uitdagen om een moeilijker boek te lezen. 🧵
In mijn klas heb ik een leerling. Ik noem hem even Ward. Ward zit in groep 7 en biechtte aan het begin van het jaar op dat hij eigenlijk nog nooit een echt boek had gelezen. Hij was wel heel goed in “doen alsof ik lees” 🫣
Ward bleef met zijn leesniveau ernstig achter. De leerkrachten dachten dat het misschien dyslexie zou kunnen zijn. Spelling en handschrift van waren ook matig.
De eerste overwinning kwam aan het begin van het jaar. Hij las Dogman. En las voor het eerst een heel boek uit. Zijn moeder was enthousiast en Ward kreeg van haar nog een dogman boek! Hij was zo blij en trots. Maar hij wilde geen andere boeken dan graphic novels!
We begonnen met duolezen. Hij en zijn maatje lazen een boek uit. Een echt boek. Met tekst een een paar plaatjes. Het was leuk! Ze gingen door naar een volgend boek. Minder plaatjes. En het lezen ging steeds verder vooruit. Maar liever niet al te moeilijk of dik.
En toen vertelde ik deze week van de juf die de “makkelijke” boeken uit de kast haalde. En dat leerlingen zo vooruit gingen. Hij dook de schoolbieb in en kwam met een dik en moeilijk boek. Ward vroeg: is dit zo’n boek waarvan je beter gaat lezen?
Op vrijdag mogen de leerlingen uit een stripboek. Ward niet, die pakte zijn dikke moeilijke boek. Elk vrij moment las hij verder. “Het is echt leuk! En spannend!”