“... a perfect meritocracy ... diminishes our capacity to see ourselves as sharing a common fate. It leaves little room for the solidarity that can arise when we reflect on the contingency of our talents and fortunes. This is what makes merit a kind of tyranny ...” Sandel 25
“The notion that our fate reflects our merit runs deep in the moral intuitions of Western culture. Biblical theology teaches that natural events happen for a reason. Favorable weather and a bountiful harvest are divine rewards for good behavior, drought and pestilence are
punishments for sin.” Sandel p. 35. Een indrukwekkend hoofdstuk over religieuze noties , en Amerikaanse politiek (heel passend voor dit moment).
Een voorbeeld uit 1946: een jonge piloot moest zo nodig een groet brengen aan zijn moeder in Apeldoorn, en stortte met zijn
vliegtuig neer op een school. 22 scholieren stierven aan hun opgelopen brandwonden. In de gedenkdienst presteerde de predikant het om de ramp te duiden als een straf van God, ja, voor wat, ongelovigheid? destentor.nl/nieuws/vreseli…
Dit denken heeft alles met meritocratie te maken.
“These days, we view success the way the Puritans viewed salvation—not as a matter of luck or grace, but as something we earn through our own effort and striving. This is the heart of the meritocratic ethic. ... Success is a sign of virtue. My affluence is my due.” Sandel 59
“But it also has a dark side. The more we view ourselves as self-made and self-sufficient, the less likely we are to care for the fate of those less fortunate than ourselves. If my success is my own doing, their failure must be their fault.” p. 59 Ofwel de #deplorables_fallacy
Diane Reay (2020). ‘The Perils and Penalties of Meritocracy: Sanctioning Inequalities and Legitimating Prejudice’ <i>The Political Quarterly, Vol. 91</i>, No. 2, April–June 2020 researchgate.net/publication/33… to illustrate the damage the illusion of meritocracy inflicts on children
Wist u dit? Of: Hoe de elite populisme kweekt.
Toon Kuppens a.o. (1917) ‘Negative attitudes of higher educated people towards the less educated’ orca.cf.ac.uk/106246/1/Manst…
Sandel (2 Sept 2020): ‘Disdain for the Less Educated Is the Last Acceptable Prejudice’ nytimes.com/2020/09/02/opi…
Sandel beschrijft uitvoerig de gekkigheid in het Amerikaanse onderwijs, vooral voor wie toelating tot de beste universiteiten zoeken (hfdst 7). Als tegengif stelt hij voor om tot loting over te gaan (p. 184-8), zeer tot mijn genoegen. NL ervaring ermee: benwilbrink.nl/publicaties/97…
Recent was er ook aandacht voor onze onvolprezen polderloterij in Rebecca Zwick (2017). ‘Who Gets In? Strategies for Fair and Effective College Admissions’ Harvard UP. Helaas is zij onvolledig voorgelicht. Afijn, mijn bak literatuur: benwilbrink.nl/projecten/lote…
Mijn internationale volgers die willen weten hoe dat dan zit, met loten voor bepaalde universitaire studies met ‘restricted lots’ in Holland, zie benwilbrink.nl/projecten/lott… Recent werd loten bij wet verboden (na >40 jaar!), maar dit jaar toch weer toegestaan als selectiemiddel.
Sandel verwijst o.a. naar Peter Stone 3013 ‘Access to higher education by the luck of the draw’ researchgate.net/publication/25…
Stone is a member of the Kleroterians, their blog site ‘Equality by lot’: equalitybylot.com/about/
“Equality of opportunity is a morally necessary corrective to injustice. But it is a remedial principle, not an adequate ideal for a good society.
... Inspired by the heroic rise of a few, we ask how others might also be enabled to escape the conditions that weigh them down.
Rather than repair the conditions that people want to flee, we construct a politics that makes mobility the answer to inequality. ... But a good society cannot be premised only on the promise of escape. Focusing only, or mainly, on rising does little to cultivate the social bonds
and civic attachments that democracy requires. ...
It is often assumed that the only alternative to equality of opportunity is a sterile, oppressive equality of results. But there is another alternative: a broad equality of condition that enables those who do not achieve great
wealth or prestigious positions to live lives of decency and dignity—developing and exercising their abilities in work that wins social esteem, sharing in a widely diffused culture of learning, and deliberating with their fellow citizens about public affairs.” Sandel p. 224
Ik blader wat door ‘De burger en de volksschool’, over de strijd om onderwijs in de jaren 1780 tot 1850 in Nederland (Jan Lenders, 1988 online repository.ubn.ru.nl//dspace31xmlui…), en kom er achter elkaar dezelfde thema’s tegen als in Sandel over het Amerika van vandaag. Nieuw project?
Ik heb het boek van Sandel niet in één adem uitgelezen, dat durfde ik niet, maar het scheelt weinig. Hij behandelt thema’s waar ik op een of andere manier al een leven lang mee bezig ben, en waar ik niet altijd goede antwoorden op heb kunnen vinden—ik zeg het voorzichtig.
Het is niet dat Sandel de antwoorden wèl heeft, want dat is niet zo. Maar het leidend beginsel, de vernedering voor de verliezers van het meritocratische gevecht, is wel een krachtig bindmiddel in heel zijn maatschappelijke analyse. Sterk uitgewerkt, chapeau.
Opmerkelijk is zijn kritiek op de ‘Theory of justice’ van John Rawls: prachtig hoor, het ‘difference principle’ dat ongelijke posities gerechtvaardigd zijn in de mate waarin ze de minst bedeelden in de samenleving ten goede komen, maar dat werkt meritocratie toch in de hand! Het
valt nog te bezien of die kritiek hout snijdt, maar omdat ik op dat punt zelf ook altijd al mijn twijfels had, vermoed ik dat Sandel een punt heeft. Wat heeft Amartya Sen erover gedacht? (in zijn ‘The idea of justice’, blz. 60 en volgende; ik moet dat no even laten rusten ;-)
In heel het boek van Sandel zijn ‘talenten’ aan de orde, en de vraag of talenten aanspraak op beloning geven, of dat zij een gril van het lot zijn en dus geen persoonlijke verdienste (talrijke tussenposities denkbaar). Aangeboren of verworven maakt daarbij weinig of geen
verschil: met gunstige genen of in een gunstig gezin geboren worden maakt geen verschil voor de vraag of talenten te belonen persoonlijke verdiensten zijn. Sandel verliest zich dan ook niet in de moerassige discussie over ‘nature or nurture’ van aanleg en intelligentie. Chapeau.
Komaan, ik moet eens aan de slag.
Vraag van de dag: kunnen eindtoetsen (voorheen de ‘citotoets’) valide zijn?
Validiteit is een open begrip, maar heeft wel een strak omschreven betekenis, vastgelegd in de Richtlijnen van het NIP (1988) en de Standards van APA AERA NCME (2014).
Om een indruk te krijgen van wat er met validiteit zoal aan de orde is, zie bijv. (de bibliotheek over validiteit is zeer uitgebreid) onlinelibrary.wiley.com/doi/abs/10.111… Dit abstract nodigt uit om ook het artikel zelf te lezen. Dat kan, kijk even wat er zoal in staat: sci-hub.tw/10.1111/j.1745…
Validiteit is niet een kenmerk van een toets, maar karakteriseert het gebruik ervan, in dit geval: de toewijzing van leerlingen aan schooltypen. (zie 1e kolom van Sireci & Parker). Veronderstel even, for the sake of argument, dat de eindtoets bepalend is voor die toewijzing.
Question #1: do they really exist? Is it possible for a difference to really exist?
I can hear you shouting: ‘Of course they do, come and visit my classroom!’
Yet I once surprised Denny Borsboom (research on validity) with my question.
In decision making: choose the option with the higher expected utility. Even if the differences between expected utilities of your options are small and statistically not significant. (where is that publication of Herb Simon?)
How does that impact educational decision making?
[On utility functions: benwilbrink.nl/projecten/spa_…
Expected utility is the ‘product’ (weighting) of the probability density and the utility function.
F.e. threshold utility functions 0 (fail) and 1 (pass) a test. Expected utilities then equal chances to pass the test].
‘Wilbrink kiest positie in het discours over intelligentie, in oppositie tot wat de modale leek denkt wat de wetenschap over intelligentie is. En tot wat de ‘received view’ is in tekstboeken voor studenten psychologie.’ Zoiets? @valktekst
@wv012@AMTBosman@valktekst Het kan niet zo zijn dat ik een antwoord schuldig blijf op een zo scherpe veroordeling van van12tot18.nl/intelligentie-…. Het beste antwoord is het artikel zelf, dat sterk is onderbouwd met verwijzingen naar de literatuur. In de tekst zelf zijn dat URLS, heeft Wim eroverheen gelezen?
Tijden van bezinning. Voor mij is nu wel het moment aangebroken om de rommel van Freudenthal en Treffers, het realistisch rekenen, achter me te laten. Die komt via het Wereld Wiskunde Fonds weer in roulatie, voor wie geschiedenis van ons recente rekenonderwijs wil schrijven.
Het Wereld Wiskunde Fonds is een goudmijn voor wie zich wat intensiever in wil lezen in wiskundeonderwijs van hier en elders, van nu en vroeger, en daar een bibliotheekje over wil vormen: een boekenveiling waarvan de baten ten goede komen aan ontwikkelingsdoelen 3e wereld.
Het realistisch rekenen (en wiskunde) is een typisch Nederlandse vorm van wat overigens een wereldwijde hervormingsbeweging van wiskundeonderwijs is. Het gaat om een ideologie (het constructivisme) die met de rug naar de wetenschap staat: er valt geen discussie mee te voeren.
Standpunt Contactgroep Research Wetenschappelijk Onderwijs (1974) ‘Bij beperkte toelating beslist alleen het lot’ benwilbrink.nl/publicaties/74… [Contactgroep: van de universitaire centra.] Loten voor geneeskunde gebeurde al; de vraag was: hoe toelating definitief wettelijk te regelen
1974 ‘Selectie voor numerus-fixus irrationeel’ NRC benwilbrink.nl/publicaties/74…
Hoogleraar biologie reageerde fel in de NRC op het CRWO-standpunt over loten, en kreeg daar meer dan duizend steunbetuigingen op. Niemand had mij erover getipt, vandaar de late reactie in CS van de NRC.
Met Hans van der Vleugel, 1974: ‘Loten heeft slechts voorkeur bij gebrek aan beter’ benwilbrink.nl/publicaties/74… (in themanummer ‘Selecteren of loten‘ van Onderzoek van Onderwijs).
‘Intelligentie’, zegt een andere leerkracht, ‘is aangeboren. Wij proberen er bij een kind uit te halen wat er in zit, maar meer dan dat lukt niet. Een Trabant kan ook niet tegen die Formule 1-wagen op.’
Mieke de Waal (9 april 1997). ‘Gewoon les’ is vaak te moeilijk. Volkskrant
Het wordt zelden zo expliciet uitgesproken; ergens voelt men wel dat er iets niet klopt.
Is dit je vast overtuiging, ja, dan zul je die in je onderwijs voortdurend bevestigd zien, niet beseffend dat je zelf en je collega’s dat onderwijs de vorm hebben gegeven die dit oplevert.
Deze leerkracht spreekt over ‘intelligentie’ alsof dat een vanzelfsprekend helder concept is. Dat is het dus niet. Het is Westers, het is een populair begrip dat stamt uit tamelijk recente psychologie waar het een technische betekenis heeft (als er al betekenis is).