2/ Het type vrouw dat de schoonmaakster was langs wie je na je plasje gedaan te hebben kon weglopen zonder goedemorgen te hoeven zeggen of haar überhaupt echt te hoeven zien, is nu opeens juriste, adviseur van je burgemeester, universitair docente of kandidaat kamerlid.
3/ Ze is de journaliste die de stukken schrijft voor de krant die je leest, ze staat voor de klas en onderwijst jouw kleinkinderen.
1/ Je was geboren in een tijd dat er maar eens in de maand een bus kwam naar het dorp. Jouw broer, die vóór jou was geboren, was als baby overleden, maar dit was nooit gemeld in het bevolkingsregister, omdat de reis naar de stad teveel gedoe was.
2/ Zo werd jouw geboorte ook niet officieel geregistreerd en ben jij je leven begonnen met het overnemen van een naam en een geboortedatum die eigenlijk niet aan jou toe behoorden.
3/ Ik heb je nooit kunnen vragen hoe je van binnen bent omgegaan met dit gegeven, waar iemand uit mijn generatie waarschijnlijk een identiteitscrisis en een berg aan therapiekosten aan zou hebben overgehouden.
Voor wie mee wil doen alvast de lijst:
- filodeeg voor baklava, Baklavalik Yufka, verkrijgbaar in de toko’s, merk maakt niet uit.
- melk
- zonnebloemolie
- mineraalwater met koolzuur
- boter
- ei (optioneel)
- sesamzaadjes (optioneel)
Voor de vulling mag je helemaal je eigen fantasie gebruiken, maar tips:
- fetakaas van de toko, met peterselie of lente-ui
of spinazie,
of gewoon alleen kaas
- gekruid gehakt (met of zonder ui)
- spinazie met ui
- gekruide aardappelvulling
- gekruid kipgehakt
- gekookte linzen
1/ Door onze heidag met het Geheime Genootschap heb ik deze gemist, maar mijn moeder heeft pannen thuisliggen die normaliter in een industriële keuken thuishoren en ik was vroeger meerdere keren per week het kwartier voor het avondeten eten aan het rondbrengen bij de buren.
2/ “Deze is voor de oude meneer en mevrouw van zes hoog Emine, ze zien er zo ziek uit de laatste tijd”.
“Deze is voor de mevrouw met dat hondje, nee niet die grote hond, die met die kleine die zo blaft.”
“Weet je wat, breng er ook maar een naar die vrouw met de grote hond.”
3/ “En die is dan voor de jongen van drie hoog, hij werkt altijd, die arme jongen zal nog niet gekookt hebben, wacht ik geef hem nog wat extra”.
1/ We moeten af van het idee dat de intentie of het karakter van de persoon iets tot racistisch maakt. De collega die bij het zien van de foto van mijn zoon “knappe knul hoor, hopelijk zien we hem over tien jaar niet terug bij Opsporing Verzocht haha” is dezelfde collega die mij
2/ helpt als ik even overloop met werk of voor mij opkomt als een cliënt vervelend doet. Het maakt zijn “grapje” echter niet minder racistisch of minder pijnlijk. Dat hij het niet bedoelt om mij te kwetsen en hij ook niet daadwerkelijk gelooft dat mijn kind ooit crimineel wordt,
3/ doet niet af aan het feit dat hij die associatie maakt op basis van de etnische kenmerken van mijn zoon en die associatie en de overtuiging waar het uit voortvloeit, zijn wel degelijk racistisch. Veel mensen weigeren hun eigen racistische overtuigingen/uitspraken te erkennen,
1/ De maatregelen zijn er niet alleen om risicogroepen te beschermen, maar iedereen. Die continue vergelijking met de griep is misleideind. Het probleem is dat we nog te weinig weten over de lange termijn effecten van dit virus, ook voor de mensen met milde tot geen klachten.
2/ Ik werk met uitkeringsgerechtigden dus weet en zie wat de maatregelen economisch aanrichten. Ik begrijp ook echt de druk die mensen voelen wanneer je in je portemonnee wordt geraakt en dat je dan denkt: “Ja leuk dat beschermen van die zieke mensen, maar ik dan?
3/ En mijn kinderen dan? Hoe moet ik straks nieuwe kleren voor ze kopen als ik niet genoeg geld kan verdienen omdat een handjevol mensen beschermd moeten worden?”
Maar juist wanneer de druk op een samenleving zo hoog is, horen morele principes naar voren te komen.