In het onderwijsveld is er nogal wat gedoe, zo te zeggen, over 'objectiviteit' van toetsen en examens. Mijn tenen staan permanent krom in mijn sokken bij zoveel onwaarachtigheid. Kampioen in deze hypocrisie is ongetwwijfeld @hetCvTE. Kost ook nog eens een paar centen.
Maar er is hoop. Er is een aardige filosofie over geschreven: 'Objectivity. The Obligations of Impersonal Reason' by Nicholas Rescher. Als die objectieve-toets-ridders dat eens zouden lezen, om het eigen gedachtegoed eens op te schudden. Zou fijn zijn. undpress.nd.edu/9780268037031/…
Rescher heeft geen problemen met objectiviteit. Integendeel, hij gebruikt een heel boek om het op objectieve wijze te problematiseren. Als je begrijpt wat ik bedoel. Dat zouden we ook moeten doen met de 'objectiviteit' die sommigen aan examens toeschrijven en fanatiek bewaken.
'Fanatiek': tot aan de Hoge Raad hè!
• • •
Missing some Tweet in this thread? You can try to
force a refresh
A wil X afpakken van B, met hulp van een advocaat die aan B een brief met onjuistheden schrijft dat X van A is en binnen 2 weken aan hem moet worden gegeven, anders volgt een proces.
Oplichting dus, een gewoon mens gaat voor schut. Waarom een advocaat niet? Enig idee, Twitter?
Wie eist, bewijst. Bedankt. Artikel 46: regelgeving.advocatenorde.nl/content/gedrag……
Er is iets geks aan de hand met hoe juristen denken te kunnen twisten. Interessante wortels in het laat-middeleeuwse disputeren aan universiteiten. Maar in onze harde samenleving ontspoord.
Het theorie-examen voor het rijbewijs, een rampgebied. Ik waag er een draadje aan, aangehangen aan volkskrant.nl/nieuws-achterg…
Onder CBR-directeur Alexander Pechtold gaat het niet goed komen, hij etaleert onbescheiden dat hij echt wel verstand heeft van examineren. Opzich is dat niet bijzonder, alle Nederlanders zijn onderwijsexpert, en dus ook examenexpert, toch? Nou ja: 40% slaagt, er klopt iets niet.
Mijn blog over het eerlijke-kansen-advies van de Onderwijsraad is bijna rond. Harde kritiek, maar heb ik ook een alternatief? In ca 300 woorden te beschrijven? Daar zit ik nu al een paar dagen op te broeden. Ik deel maar eens enkele gedachten, discussie helpt mij altijd wel.
Voor het bo is het wel duidelijk: een strak kenniscurriculum, directe instructie, geen tijd vermorsen bij die kennisvakken, voor iedereen hoge verwachtingen, d.w.z.: even hoog als traditioneel voor de betere/beste leerlingen. sci-hub.st/10.2307/1176007
Voor het vmbo en de onderbouw het vo is het minder rechtlijnig, daar worstelt de Onderwijsraad dus ook mee. De raad wil weg van de vakjes van het standenonderwijs, heel verstandig, maar zet in op sterker differentiëren, en dat is nu juist een eufemisme voor oneerlijk onderwijs.
Onderwijsraad Werkprogramma 2021:
"Adviesvraag: Hoe kunnen differentiatie en selectie in het onderwijsstelsel kansengelijkheid vergroten in plaats van deze te beperken?"
Dat is een interessante vraag, die de Onderwijsraad niet heeft beantwoord. Want zie het advies van april:
"De raad geeft daarom op verzoek van de ministers met dit advies antwoord op de vraag: hoe kunnen differentiatie en selectie in het onderwijsstelsel beter recht doen aan de capaciteiten van alle leerlingen?"
Een totaal andere opdracht!
Mijn informatie is nu dat er geen brief van de ministers is, het gaat kennelijk om goedkeuring van het werkprogramma. Ik probeer dat wat preciezer te krijgen.
Het vervelende is dat ik in october een bijdrage leverde aan de Onderwijsraad, gebaseerd op de eerste formulering.
Ik moet iets bekennen. Ik ben opgeleid in de twee psychologieën (Cronbach): de experimentele en de differentiële psychologie. Vooral die laatste heb ik een halve eeuw benut in een strijd om toegankelijkheid van numerus fixus studies netjes te houden (geen gekke selectie). Ik zie
de wereld dus ook dooe die differentiële bril. Differentiëel: dat heeft dezelfde betekenis als het differentiëren dat de Onderwijsraad voorstelt te intensiveren: onderscheid maken. Als de raad spreekt over talent, prestaties, capaciteiten, ontplooiing, differentiëren, dan zie
ik altijd meteen de verschillen, soms grote verschillen. En dan vooral de helft beneden de mediaan. Terwijl onderwijsbespiegelaars zoals de leden van de onderwijsraad vooral de top van de helft boven de mediaan zien (de 'cognitief sterke leerlingen' noemen ze dat). Het gaat
Op basis van dit voorwerk ga ik vandaag een poging doen een 5-minuten blog te schrijven over wat ik als het grote probleem zie van dit advies:
Het advies gaat van voor tot achter over beoordelen van leerlingen, maar er is geen beoordelingsexpert aan te pas gekomen. Dat liep fout.
De eindtoets verplaatsen van 12-jaar naar 15-jaar lost niets op, kost enorm. Differentiëren is voor de Raad (ja, ook voor de VO-Raad) de oplossing voor alle kansproblemen, maar het vraagt voortdurend beoordelen van leerlingen, en dat is precies waar het oneerlijk wordt.